Het geduld van Luik

Boek Leesfragment Interview Recensies Meer

Interview

Interview met Leo Plukvis naar aanleiding van zijn debuutthriller “Het geduld van Luik”

Heb je connecties met België? Vanwege je werkelijke naam Rene l’Ecluse en je taalgebruik?

De l’Ecluses komen uit Noord-Frankrijk en een aantal van hen is tweehonderd jaar geleden naar Leiden getogen om daar in de lakenindustrie te gaan werken. Mijn connectie met België beperkt zich tot liefde voor het charmante taaltje en het verrukkelijke bier. Ik heb veel bewondering voor onze zuiderburen. Lieden die bier van een dergelijke kwaliteit kunnen brouwen begrijpen wat mij betreft de essentie van het leven. Eruit halen wat erin zit en daarvan genieten.

Waarom heb je voor een pseudoniem gekozen en hoe ben je op deze naam gekomen?

Ik heb altijd veel plezier gehad in het maken van woordgrapjes en daar hoort het verdraaien en verzinnen van rare namen bij. Er zijn in mijn leven veel kornuiten geweest met wie ik deze liefhebberij deelde en samen moeten we duizenden namen hebben verzonnen voor leraren, medekerkgangers, vrienden en collega’s. Toen ik ging schrijven borrelden er talloze namen op. Moeiteloos. En bij iedere naam zag ik gelijk een karakter en een gezicht. In een van mijn eerste pogingen tot een verhaal kwam er een Leo Plukvis voor, een lange broodmagere uitgever, die bang is voor een potige schrijver met een opvliegend humeur, wiens werk hij weigert te publiceren. Het verhaal ben ik inmiddels grotendeels vergeten, maar de naam Plukvis is blijven hangen. Ik vind hem goed passen bij hoe ik schrijf en ik hoop dat hij ook bij andere mensen blijft hangen.

“Het geduld van Luik” is geïnspireerd door het duistere werk van Edgar Allen Poe en het ingenieuze van Roald Dahl. Wat heb jij met deze twee schrijvers en hoe heb je hun genres jouw werk verweven?

Ik houd van de Gothic Novel, duistere, donkere verhalen. Edgar Allen Poe is de onbetwiste grootmeester van het genre. Hoewel het in de eerste helft van de negentiende eeuw is geschreven, heeft zijn werk na al die jaren nog niets aan kracht ingeboet. De sfeer is heerlijk luguber en zijn personages zijn wanhopig en worden gekweld door tijdloze, diepe angsten. In mijn verhalen probeer ik ook een obscure sfeer te creëren en dat te combineren met mijn wilde fantasie, op een manier zoals Roald Dahl dat doet. Van hem vind ik vooral de grote vanzelfsprekendheid waarmee hij het onmogelijke aannemelijk maakt ijzersterk. Dahl neemt zijn lezers mee naar zijn bizarre universum door zijn erudiete kennis van onze wereld moeiteloos te koppelen aan zijn bizarre verbeeldingskracht. Hij schrijft het soort verhalen waar ik van houd. Klassiek. Vernuftig in elkaar gezet met een kop en een staart. Spannend tot het laatste woord. “Het geduld van Luik” is pure fantasie, maar ik hoop dat het door de lezers als heel wel mogelijk wordt ervaren en dat ze tot het eind toe geboeid blijven.

Hoe kwam je ertoe een boek te gaan schrijven?

Als jongeman schreef ik gedichten en liedjes. Ik zong in een band, maar had weinig talent als zanger. Gelukkig was dat allemaal tijdens de wilde punkjaren en kwam ik weg met mijn valse kraaienstem. Echt veel hartstocht had ik overigens niet voor muziek. Veel meer lol had ik in het schrijven van de teksten, en toen ik een paar jaar geleden voor een studie een uitgebreid verslag moest schrijven herontdekte ik dit plezier. Zo is het begonnen. Spoedig had ik er een passie bij en dat mondde uit in “Het geduld van Luik”.

Heb je je ervaringen als yogaleraar gebruikt bij de totstandkoming van het verhaal?

Als yogaleraar schets je met taal een beeld hoe ontspanning en ademhaling werken en hoe je een rug kunt strekken en draaien. Sinds ik schrijf kan ik dit beter verwoorden en andersom kan ik door mijn jarenlange yogabeoefening makkelijk vanuit mijn lijf schrijven. Ik heb geleerd me te verplaatsen in de lichamen van mijn leerlingen en compassie met hen te hebben. Sommige van de oefeningen zijn zwaar en in het begin zeker geen pretje om te doen, dus is het belangrijk om als leraar een idee te hebben wat je leerlingen ondergaan. Daardoor kan ik me goed inleven in de fysieke gesteldheid van mijn karakters – hoe het voelt om een slecht been of humeur te hebben, zenuwachtig of angstig te zijn en wat de gevolgen zijn van een kromme rug of een verminkte arm.

Je bent zowel op zoek naar je schaduwkant als naar geestelijke verlichting. Wat is het verband daartussen en wat heb je tot nu toe gevonden?

De verlichte yogaleraar die misdaadverhalen schrijft: “Te tevreden met zijn bestaan ging hij op zoek naar de duistere kant in zichzelf.” Het is uiteraard een grap. De yogawereld is over het algemeen een hele vredelievende, en de focus ligt er op de zonnige kant van de mensheid, maar daar kom je in het misdaadverhaal niet ver mee. Slachtoffers laten doodknuffelen of laten sterven op een meditatiekussen omdat ze vergeten te eten gaat de lezer vermoedelijk snel vervelen. Gelukkig ben ik gezegend met een rijke verbeeldingskracht, waarin ik makkelijk van de vredigste scène naar de meest bloeddorstige stap. Hoewel ik helemaal niets met geweld heb en oprecht in de principes van yoga geloof kan ik in mijn verbeelding akelige dingen laten gebeuren. Voordat ik schreef waren dat flarden. Een losse opmerking, een schets van een paar zinnen of een korte grap, die ik met mijn omgeving deelde. Misdaadverhalen schrijven dwingt je dat uit te werken en te structureren en de duistere kanten van het onbewuste meer naar de voorgrond te halen. Net zoals je door yoga te beoefenen je de positieve kant van jezelf en het bestaan voor het voetlicht plaatst. Niemand is honderd procent goed of slecht en vrijwel ieder mens kent een innerlijke morele worsteling. Wat is juist? De eeuwige strijd tussen het goed en het kwaad vormt de basis van vele klassieke verhalen. De helderheid van een zwart-witfoto wordt bepaald door het contrast. Juist dat contrast boeit me. Ik hoop nog veel schurken op te diepen uit de duisternis van mijn onderbewuste.

Ben je van plan nog meer boeken te gaan schrijven en zo ja, zal dat dan in hetzelfde genre zijn?

Er ligt al een ander verhaal van me bij de uitgeverij. Weer eentje over buitenissige moorden, duistere geesten en zwoegende politiemensen. Ik ben bang dat ik er niet meer mee kan stoppen. Het deksel is van de put en het misdaadgenre is zeer geschikt om mijn losgeslagen fantasie vorm te geven. Het haalt wat er diep in me is naar boven. De duisternis en het licht.

Pages: 1 2 3 4 5